6 gemeenten hebben in veldexperimenten onderzocht of een andere aanpak in de bijstand meer mensen aan het werk kan krijgen. Het ging om ontheffing van de sollicitatieplicht, intensievere begeleiding of ruimere bijverdienmogelijkheden. Soms vergroot 'n andere aanpak de uitstroom naar werk.
Met de invoering van de Participatiewet in 2015 wilden enkele gemeenten nieuwe manieren testen om bijstandsgerechtigden te begeleiden naar betaald werk of naar andere manieren om te participeren. Het experimenteerartikel in de nieuwe wet maakte experimenten met de bijstand mogelijk. Uiteindelijk hebben 6 gemeenten in samenwerking met lokale kennisinstellingen een eigen bijstandsexperiment uitgevoerd: Deventer, Groningen, Nijmegen, Utrecht, Tilburg en Wageningen. ZonMw heeft de experimenten begeleid en het CPB heeft een overkoepelende evaluatie uitgevoerd.
Drie verschillende interventies zijn, soms gecombineerd, getest:
Deelnemers zijn per gemeente aselect toegewezen aan een controlegroep of een van de interventiegroepen. Deelname was vrijwillig. Tussen de 300 en 900 bijstandsgerechtigden deden mee, afhankelijk van de gemeente. De looptijd was tussen 17 en 27 maanden. Met behulp van CBS-data werd de arbeidsdeelname van alle deelnemers en niet-deelnemers gevolgd in die periode. Aanvullend zijn effecten op Wmo-gebruik, gezondheid en problematische schulden onderzocht – de zogeheten brede baten.
In de gemeente Utrecht leidden een intensievere begeleiding en de mogelijkheid om meer bij te verdienen tijdens de experimenten tot meer uitstroom naar werk (minstens 12 uur werk per week). In de overige gemeenten waren er geen duidelijke effecten. In geen van de gemeenten was er een effect vast te stellen van een ontheffing van de verplichtingen op uitstroom naar werk, ook geen negatief effect. De interventies hadden in Utrecht bovendien een effect op Wmo-gebruik. De ontheffingsgroep maakte meer gebruik van Wmo-begeleiding. De begeleidingsgroep en de groep met meer bijverdienmogelijkheden lieten een stijging zien in Wmo-dagbesteding. Meer Wmo-gebruik betekent hogere kosten, maar kan tegelijk maatschappelijke baten opleveren, die uiteindelijk bijdragen aan participatie in de samenleving. Zie de figuur hieronder.
Sommige experimenteergemeenten hebben hun dienstverlening aangepast op basis van de bevindingen. Daarnaast zijn er methodologische lessen te trekken voor toekomstige beleidsexperimenten:
Deze website maakt gebruik van cookies. Lees meer over cookies in onze cookieverklaring.
Deze cookies verzamelen nooit persoonsgegevens en zijn noodzakelijk voor het functioneren van de website.
Deze cookies verzamelen gegevens zodat we inzicht krijgen in het gebruik en deze website verder kunnen verbeteren.
Deze cookies zijn van aanbieders van externe content op deze website. Denk aan film, marketing- en/of tracking cookies.